Zijn er ook niet-christelijke bronnen die bevestigen dat Jezus Christus ooit heeft bestaan?

Tim, 30 jaar
17 januari 2019

Antwoord

Dag Tim,

Jazeker, hoewel ze vooral bevestigen dat hij geboren is, en gekruisigd, niet veel meer.

De meeste bevestiging van het historisch bestaan van een Jezus van Nazareth komt uit de evangelieboeken zelf:

  • dat ze kort na Jezus' overlijden zijn samengesteld (Marcus in 66-70, Mattheus en Lucas in 85–90, Johannes 90–110),
  • dat ze de vernederende dood vermelden,
  • dat latere geschriften de levensloop meer mythologiseren dan historiseren,
  • dat de evangelies zelf ook kleine verwijzingen naar een historische context bevatten (o.a. namen van bewindvoerders, de politieke situatie, het gegeven dat Pilatus uiteindelijk uit zijn ambt werd gezet wegens arbitraire executies).

De vroegste niet-Christelijke bronnen zijn:

  • Mara bar Serapion schreef in 73 een brief naar zijn gelijknamige zoon waarin hij de onrechtvaardige behandeling van drie grote, wijze mannen beschrijft, terwijl hij zelf ook in een gevangenis zit: de gedwongen gifdood van Socrates, de verbranding van Pythagoras en de kruisiging van de 'Koning van de Joden'. Al hun aanvallers bleken achteraf niets gewonnen en alles verloren te hebben, en de drie wijzen leefden verder door het optreden van Plato, de aanbidding van Juno en de 'nieuwe wet' van de gekruisigde.
  • Flavius Josephus' Antiquitates Judaicae, een oude geschiedenis van het Joodse volk geschreven rond 93-94, bevat twee vermeldingen van Jezus in boeken 18 en 20. De eerste passage situeert Jezus in de tijd, en noemt hem een leermeester, verrichter van mirakels, waaronder zijn eigen opstanding, en stichter van een groep volgelingen die naar hem genoemd werden. Die passage is wellicht zwaar herschreven door Christelijke auteurs, maar berust waarschijnlijk wel onder een eerdere versie die zijn bestaan en dood beschreef. De tweede passage is neutraler: het zegt hoe Jacobus is terechtgesteld, 'een broer van Jezus die Christus werd genoemd'.
  • Suetonius schreef in zijn Leven van Claudius (ca. 50) hoe Joden 'op aanstoken van Chrestus' opschudding veroorzaakten in Rome, en daarom verbannen werden. Het is niet duidelijk of met die Chrestus wel Jezus uit Nazareth werd bedoeld.
  • Plinius de Jongere schreef in 112 een brief aan Traianus over Christenenvervolging, waarbij hij het ook heeft over de stichter van die geloofsleer.
  • Tacitus schreef in 116 met iets meer details over de stichter van die Christelijke beweging die de schuld van de brand van Rome onder Nero kreeg, in zijn Annales: de naamgever van de beweging was een man die onder het bewind van keizer Tiberius door landvoogd Pontius Pilatus in Palestina was gekruisigd.
  • Lucianus van Samosata schreef in De Dood van Peregrinus rond 164 spottend over Christenen als goedgelovige dwazen die in hun eigen onsterfelijkheid geloven en leven volgens de regels van de 'gekruisigde sofist' die ze aanbidden.

 

Reacties op dit antwoord

Er zijn nog geen reacties op deze vraag.

Enkel de vraagsteller en de wetenschapper kunnen reageren op een antwoord.

Beantwoord door

Dr. Karl Catteeuw

Geschiedenis van opvoeding en onderwijs, Roemeens, muziek

Katholieke Universiteit Leuven
Oude Markt 13 3000 Leuven
https://www.kuleuven.be/

Zoek andere vragen

© 2008-2025
Ik heb een vraag wordt gecoördineerd door Eos wetenschap. Voor vragen over het platform kan je terecht bij liam.verbinnen@eos.be