Bij archeologische opgravingen in kerken worden skeletten gevonden die doorgaans oost-west georiënteerd zijn. Soms is de dode, met het hoofd aan de oostzijde van de grafkuil begraven, in de meeste gevallen is dat andersom. Archeologen gaan ervan uit dat de eerste categorie - begraven met het hoofd aan de oostzijde - priesters zijn.
Er was geen algemene bepaling, enkel een algemene traditie, ontstaan tijdens de middeleeuwen en wijd verbreid vanaf de 12de eeuw, om overledenen met hun hoofd naar het westen te begraven. Dat is trouwens geen garantie dat het om een christelijk graf gaat: ook heidenen oriënteerden hun graven zo dat overledenen naar de opkomende zon zouden kijken.
Soms, maar niet altijd, werden priesters net andersom begraven. De symboliek daarvan wordt telkens anders uitgelegd: om hun 'kudde' te kunnen toespreken en leiden bij heropstanding (een vreemd argument), in navolging van Christus die uit het Oosten naar het Westen zou komen (Mt 24:27)...
De diversiteit aan regels en voorschriften was groot: soms werden graven oost-west georiënteerd, soms rond een kruisbeeld, soms werd er een onderscheid gemaakt tussen wie in een koor, middenschip, zijbeuk of net naast een kerk werd begraven: sponsor, bisschop, priester/monnik, broeder...
Er zijn nog geen reacties op deze vraag.
Enkel de vraagsteller en de wetenschapper kunnen reageren op een antwoord.