Hoeveel soorten mensenrassen zijn er wereldwijd?

luc, 64 jaar
19 december 2014

Antwoord

U stelt een bijzonder moeilijke vraag.

In de eerste plaats omdat het om een historisch gevoelig thema gaat, het al dan niet bestaan van mensenrassen. Enkel forensische wetenschappers (identificatie van slachtoffers en daders) en medici (ziektepreventie) gebruiken soms nog dergelijke indelingen op een min of meer wetenschappelijke manier, en erg voorzichtig. Omdat er in het verleden verschrikkelijke misbruiken zijn geweest van dergelijke indelingen. Het is zeer letterlijk racistisch om mensen zo in te delen.

Ook biologisch zijn er vreemd genoeg complicaties.

  1. Vooreerst zijn de variaties binnen een 'ras' vaak groter dan tussen 'rassen'. Typische West-Europeanen hebben vaker bloedgroep A dan Oost-Europeanen, en Indiërs hebben dan weer vaker bloedgroep B; maar uiteraard komen alle bloedgroepen bij alle bevolkingsgroepen voor. Ook wanneer men menselijk genoom vergelijkt, blijkt dat bij mensengroepen uit Zwart Afrika de onderlinge variatie veel groter is dan pakweg met West-Europeanen. We denken wel dat echte Scandinaven blond en groot zijn, en Grieken donkerharig en bruiner, maar in de praktijk blijkt dat er toch wel grote variatie is, en dat je mensen op hun uiterlijk zou verkeerd 'sorteren'  - zelfs zonder migratie mee te rekenen. Edwards (2003) kwam tot gemiddeld 30% missers. Bloed, DNA, uiterlijke kenmerken leren dat het moeilijk is om mensen te classificeren, omdat de individuele verschillen te groot zijn. Zeker indien men één kenmerk zoekt om af te bakenen (lichaamslengte, bloedgroep, DNA-markers, de botkenmerken waarover reeksen als CSI en Bones fantaseren), maar ook indien men een hele hoop factoren tegelijk in een statistisch verwerkingsprogramma gooit.
  2. Er zijn geen grenzen tussen rassen, maar schemerzones. Ofwel: ze vloeien in elkaar over. Wandel van Noordpool tot Zuidpool, en je zal geen opvallende verschillen tussen mensen opmerken van de ene op de andere dag. Doe dat met de trein (grotere sprongen), en het lukt misschien wel. Met het vliegtuig zal het in elk geval opvallen.
  3. Hoe groot moet een ras zijn? Geneticus Graves (2001) gaf aan dat onderzoekers eerst hun groepen afbakenen, en daarna pas bewijzen zoeken (en vinden voor die afbakening). Zo kan je van IJslandse mensentypes spreken, of van Maori, maar evengoed van een Portugees mensenras, onderscheiden van het Spaanse. Er bestaan geen 'blinde' onderzoeken naar rassendiversiteit, men start altijd vanuit een bestaande, intuïtieve indeling.
  4. Migratie, het is al aangehaald. Hoe zuiver kan een ras zijn? Uiteindelijk zijn alle mensen met elkaar verwant door verhuisbewegingen. En, verbazend, de laagste DNA-verwantschap is er tussen mensen van twee bevolkingsgroepen met een zwarte huid en krulhaar: Afrikanen ten zuiden van de Sahara, en de oorspronkelijke inwoners van Australië (in het Nederlands Aboriginals, in het Engels Aborigines). De laatste halve eeuw is rassenvermening spectaculair toegenomen, maar dat neemt niet weg dat er vroeger al aardig werd rondgereisd en gehuwd. Wist u dat Alexander Poesjkin en Alexandre Dumas fier waren op hun Zwart-Afrikaanse roots? Dat verklaart trouwens waarom Europese volkeren minder onderlinge genetische variatie vertonen dan volkeren in Zwart-Afrika of Azië: daar was minder massale historische migratie.
  5. Genotype (DNA) leidt niet tot een vast fenotype (uiterlijk). Omgevingsfactoren spelen daarin ook een rol: klimaat, voeding, soort werk. Dat maakt het identificeren van een 'ras' aan de hand van een skelet heel riskant

Ras wordt ook beschouwd als een sociaal en antropologisch construct. Het is dan niet iets definitief genetisch, maar meer iets cultureel-etnisch: de moedertaal, de gebruiken, de voeding, het woongebied, de kledij. Maar ook dat soort indelingen (African-American, Spanish-American, Pied-Noir) botst op de bovenstaande problemen: grote onderlinge variatie, overgangen, grootte van de groep om van een etnie te spreken, voortdurende vermenging.

Rassen zijn dus moeilijk vast te leggen. Zijn ze ook bruikbaar? De meningen daarover lopen uiteen. Politiediensten gebruiken ze vaak voor opsporingen (vaak maar in drie of vier categorieën: 'Kaukasisch', 'Noord-Afrikaans', 'Afrikaans' en 'Aziatisch'), met gemengd succes; sommige artsen in de VS beweren dat medicatie verschillend werk bij verschillende rassen en raden zelfidentificatie tot een ras aan als hulpmiddel bij het voorschrijven (met weinig wetenschappelijk bewijs) en zelfs de fameuze forensische onderzoeken tasten vaak in het duister (DNA-kenmerken, groei- en slijtagekenmerken en isotopenonderzoek geeft voor eenzelfde skelet vaak een complex beeld van het 'ras').

Helaas, op moelijke vragen zijn er geen eenvoudige antwoorden. In tegenstelling tot wat oude schoolplaten deden...

Reacties op dit antwoord

Er zijn nog geen reacties op deze vraag.

Enkel de vraagsteller en de wetenschapper kunnen reageren op een antwoord.

Beantwoord door

Dr. Karl Catteeuw

Geschiedenis van opvoeding en onderwijs, Roemeens, muziek

Katholieke Universiteit Leuven
Oude Markt 13 3000 Leuven
https://www.kuleuven.be/

Zoek andere vragen

© 2008-2025
Ik heb een vraag wordt gecoördineerd door Eos wetenschap. Voor vragen over het platform kan je terecht bij liam.verbinnen@eos.be