Waarom zegt men 'ka' voor de 'k' en niet 'ke'? En nu we toch bezig zijn: men zegt 'bee', 'cee', dee' maar wel 'el', 'em', en dan ook nog eens 'iks'. En tenslotte ook 'zet'.
Beste Toon,
Als classicus ga ik ervan uit dat in elk geval een aantal namen van letters uit het Grieks komen of afkortingen zijn uit het Grieks. Zo zeggen we bee en dee naar het Grieks beta en delta. Het Griekse "kappa" zorgt echter voor kaa. Ook de iks (ksi) en zet (dzèta) zijn zo te verklaren. Daarnaast heeft men een aantal letters een naam gegeven naar analogie van de voorgaande (zo zeggen we cee naar analogie met bee en dee).
Voor de namen van letters die we met een e laten beginnen (ef, el, em, en, er, es) kan ik als taalkundige alleen de volgende fonologische uitleg bedenken: al deze letters stellen sonoranten of fricatieven voor, medeklinkers dus, waarbij we de mondholte niet volledig afsluiten bij het uitspreken. Wanneer je dus deze letters simpelweg wil uitspreken ("f", "s") hoor je eigenlijk al een lichte "e" eraan voorafgaan, vandaar "ef", "es", enz.
Hopelijk volstaat dit antwoord voor u.
Met vriendelijke groeten,
Koen Wylin
Praktijkassistent Latijnse taalkunde UGent
Er zijn nog geen reacties op deze vraag.
Enkel de vraagsteller en de wetenschapper kunnen reageren op een antwoord.