Werd Lodewijk XVI van Frankrijk gehinderd om het gewone volk een beter leven te geven?

Matthias, 21 jaar
26 februari 2013

Lodewijk XVI van Frankrijk zou de intentie hebben gehad om de sociale en financiële situatie van zijn land te verbeteren, en dit voornamelijk met het oog op het 'gewone' volk.

Maar dit zou tegengehouden zijn door de financiële machthebbers van die tijd.

Nu vroeg ik mij af of dit (1) klopt, en (2) indien dit klopt, hoe dit mogelijk is ten tijde van de Verlichting?

Antwoord

Beste Matthias,

Over de intenties (1a) van Lodewijk XVI weten we weinig. Bij de plundering van het Tuilerieënpaleis op 10 augustus 1792 werden delen van zijn archief verwijderd, en in november werd er geknoeid met correspondentie in het 'Armoire de Fer' schandaal, de ontdekking van een geheime brandkast met belastende documenten tussen koning, politieke figuren en bankiers. Wel staat vast dat hij enkele Verlichte hervormingen trachtte door te voeren, zoals pogingen tot afschaffen van lijfeigenschap, van gilden en ambachten, van de taille-grondbelasting voor de derde stand, van de verplichte corvée en pleitte voor meer religieuze tolerantie. Het klopt dat zijn financiële beheerders zorgden voor een enorme staatsschuld en een feitelijk bankroet van de staat, maar er speelden ook andere factoren mee: Lodewijk XVI kwam relatief onvoorbereid aan de macht (hij volgde zijn grootvader op, nadat zijn oudere broer en vader overleden waren); hij erfde een zware schuldenlast, die door oorlogsuitgaven werden vergroot; al onder het bewind van zijn grootvader Lodewijk XV had het koningshuis aan populariteit ingeboet; de Verlichte hervormingen die hij doorvoerde vormden een tweesnijdend zwaard.

Het probleem zat daarom slechts in mindere mate bij de opeenvolgende ministers van financiën (eigenl. contrôleurs-générals des finances), die wel degelijk (vooral fiscale) hervormingen trachtten door te voeren: Terray (1771-1774), Turgot (1774-1776), Calonne (1783-1787) en vooral Necker (1776-1781 en 1788-1790). Enkel Brienne (1787-1788) kan conservatief genoemd worden. Maar in weerwil van die hervormingsplannen van zijn ministers, deed Lodewijk XVI vaak toegevingen aan aristocratie en geestelijke stand, vooral vertegenwoordigd door de zogenaamde 'parlementen', eigenlijk een soort hofraden die al twee decennia overhoop lagen met zijn grootvader. Het resultaat was dat Lodewijk XVI uiteindelijk werd gezien als de verpersoonlijking van het Ancien Régime, terwijl zijn financiënministers wel degelijk de andere kant uitgingen.

Geen van die ministers slaagde erin steun te krijgen voor de hervormingsplannen, en ze kampten met politieke onhandigheid en pech: liberaliseren van de graanhandel op het moment van een misoogst.... Vooral Necker sprong erg onhandig om met het politiek draagvlak voor meer geleidelijke hervormingen. Hij vergrootte de staatsschuld door een systeem van zware leningen, en wentelde daarna gemakkelijk de schuld op de dure hofhouding, waardoor de koning veel aanhang verloor bij zowel aristocratie als revolutionairen. Necker was trouwens zowat de directe aanleiding tot de grote evenementen van de Franse Revolutie. Hij werd een eerste keer de laan uitgestuurd omdat hij een staatsbegroting publiceerde, waarvoor hij een Staten-Generaal samenriep, een 'assemblée nationale' die de motor van de Franse Revolutie vormde. Neckers tweede ontslag, op 11 juli 1789, leidde tot de bestorming van de Bastille. In zekere zin waren de ministers al te voortvarend in hun hervormingsplannen, en stond Lodewijk XVI op de verkeerde momenten op de rem (1b).

Uiteindelijk had ook de koning zelf de hand aan zijn tanende basis, en zorgde het crisisklimaat ervoor dat zowat al zijn beslissingen erg slecht voor hem uitdraaiden (2). Het aanstellen van Brienne als minister van financiën was een zware toegeving aan de Parlementen en leidde tot een nog grotere staatsschuld dan onder Necker; door een publicatievrijheid brandde een pamflettenoorlog los tegen de koning en zijn hofhouding, hetgeen de beroemde karikaturen opleverde die nu nog in onze schoolboeken staan; in zijn ontgoocheling over dat alles trok Lodewijk XVI zich politiek steeds meer terug, en liet beslissingen over aan zijn echtgenote. Na het ronduit rampzalige besluit om met de koninklijke familie te vluchten naar de Oostenrijkse Nederlanden, waarbij ze in Varennes werden onderschept, verloor Lodewijk XVI alle gelloofwaardigheid en steun, en kort daarna werd hij beschuldigd van landverraad.

Reacties op dit antwoord

Er zijn nog geen reacties op deze vraag.

Enkel de vraagsteller en de wetenschapper kunnen reageren op een antwoord.

Beantwoord door

Dr. Karl Catteeuw

Geschiedenis van opvoeding en onderwijs, Roemeens, muziek

Katholieke Universiteit Leuven
Oude Markt 13 3000 Leuven
https://www.kuleuven.be/

Zoek andere vragen

© 2008-2025
Ik heb een vraag wordt gecoördineerd door Eos wetenschap. Voor vragen over het platform kan je terecht bij liam.verbinnen@eos.be