Beste Fay,
Eerst en vooral is er natuurlijk het aspect "Vrije Tijd". Dat is iets dat typisch is voor onze tijd en samenhangt met loonarbeid en werkuren en dat is dus niet meteen toepasbaar. Laat ons eens gaan kijken naar de historische periode van "De Kelten". Die strekt zich uit van de achtste eeuw voor Christus tot de eerste eeuw na Christus, in onze contreien. Hierbij nog even vermelden dat dé Kelten als éénheidscultuur nooit bestaan hebben. We associëren de samenlevingen in die tijd met de Kelten, maar kijken beter naar de samenlevingsvorm. De samenlevingen in die periode waren zogenaamde "Chiefdoms" of stamverbanden, waarbij een charismatische chef, de beste en sterkste krijger het bestuur van een stam leidde. Een stam bestond uit verschillende groepen en nederzettingen met een bepaald gebied, zoals Bourgondië dat ongeveer overeenkomt met het stamgebied van de Haedui, of het gebied van Oost- en West-Vlaanderen dat we met Menapiërs associëren, enz.
De samenleving was al redelijk divers qua arbeid, mensen waren in de eerste plaats bezig met landbouw, om voedsel voor iedereen te voorzien, maar er waren ook ambachtslieden die goederen produceerden. We moeten zoveel mogelijk onze eigen samenleving en regelingen uit ons hoofd zetten om die tijd te begrijpen. Iedereen werkte in de landbouw, want voedsel was essentieel, en in geval van strijd manifesteerden de sterkste mannen en vrouwen (mag niet uitgesloten worden) als krijgers.
Er was een sociale structuur, er was een elite en er was ook een kleine groep die zich bezighield met cultuur, zijnde religie en gezangen. Het ritme van de tijd werd in se ook door de landbouw bepaald: in de lente werd het veld voorbereid en verzorgd, in de zomer en vroege herfst geoogst en verwerkt en in de late herfst en de winter werd er gewerkt aan artisanaat en gerust. Die tijd van werken mogen we echt niet vergelijken met de onze: er was geen druk om zo intensief mogelijk de productiviteit te verhogen: er was geen "stress", dus vrije tijd als de tijd waarin men moest bekomen van de stresserende uren werk, was er niet, niet zoals bij ons nu. Maar men werkte aan het veld en aan artisanaat op een rustige manier, op het ritme van de natuur, vergelijk het misschien met het ritme van het werken aan het veld vandaag. Het was zwaar werk maar er was voldoende rust tussenin. Men was met andere woorden permanent "bezig" met landbouw, werken, rusten, maar zonder duidelijke aflijning van werktijd en vrije tijd.
Wat bleef er dan over als "vrije tijd"? Over het algemeen was dat de avond, en daar hing het natuurlijk af van de hoeveelheid licht elke avond. Je zit in een tijd met enkel vuur als verlichting, en dat is beperkt. Op de avonden werd er gepraat, en gewerkt aan het herstellen van werktuigen en dergelijke. Er werden daarbij verhalen verteld, oude verhalen, verhalen over het ritme van de natuur, de goden, de "geschiedenis" van de stad, er werden sagen verteld, er werd gezongen, en op bijzondere momenten werd er gefeest. Kinderen, die speelden, en spelen is het nabootsen van aspecten van het latere leven op een speelse manier (zo is verstoppertje spelen een heel oud spel waarin kinderen leren zich goed te verbergen op een moment dat er gevaar zou dreigen en anderen leren 'zoeken').
We hebben wel een idee van die feesten ook, in de zin dat heel wat van de huidige kerkelijke feestdagen, prechristelijke feestdagen zijn met een christelijk sausje overgoten. Of er een zondag bestond is niet duidelijk, er was namelijk geen kerk, en dus ook geen "dag des heren" en verplichte rustdag. Die verplichte rustdag zien we bij de mediterrane religies. De vraag is wat er in dit Noordzeegebied bestond en dan moeten we natuurlijk het antwoord schuldig blijven, want er zijn geen geschreven bronnen over het dagdagelijkse leven in die tijd. Enkel archeologie en antropologie kunnen ons helpen om je vraag verder te kunnen beantwoorden.
Groetjes, Prof. Dries Tys, archeoloog VUB
Er zijn nog geen reacties op deze vraag.
Enkel de vraagsteller en de wetenschapper kunnen reageren op een antwoord.